Vliegende schotels boven Rotterdam in de jaren ’50

“Vliegende schotel boven Rotterdam?

Een grote zwerm vliegende schotels is boven Schiphol verschenen. Zo althans was het gisteravond weer tussen half zes en kwart voor zes, toen de Vara het hoorspel “Monus, de man van de Maan” vervolgde.

Maar de heer Verhage, Stokroosstraat 41 te Rotterdam, beweert werkelijk een schotel te hebben gezien en hij schaart zich daarmee in de rij van de tallozen, die in de afgelopen vijf jaar ook op schijven lijkende voorwerpen in de lucht hebben waargenomen. Om tien over een zag hij op de Nassaukade een voorwerp, dat zich op grote hoogte met flinke snelheid in zuidoostelijke richting bewoog en dat er ongeveer uitzag als de bolle lens van een zaklantaarn, zoals men die op grote afstand in het donker waarneemt. 

Ook anderen belden ons op en deelden ons mede, dat zij het voorwerp hadden gezien. Wat is het geweest? Een vliegtuig? Een ballon? Of… een vliegende schotel?” (Het Vrije Volk 25-11-1952)

“Schotel boven Rotterdam

Rotterdam schijnt nu ook in het vliegende-schotelluchtnet te zijn opgenomen, want de politie van de Maasstad kreeg gisteravond een telefoontje van de electro-monteur N. de Vries, die meedeelde, dat hij, toen hïj zich in de Middellandstraat bevond, een vliegende schotel had gezien. Het voorwerp kwam omstreeks kwart over negen uit zuidoostelijke richting, verscheen boven Rotterdam om daarna te keren en-weer in dezelfde richting tè verdwijnen. Volgens de waarnemer, die zeide, niet de enige te zijn geweest, die de vliegende schotel had gezien, heelt het voorwerp een rossige gloed gehad. Ten slotte zei hij nog overtuigd te zijn, dat de schotel bestuurd moet zijn, omdat het voorwerp niet in rechte lijn had gevlogen, maar gezigzagd. Het bleef vijf minuten boven de Maasstad.”  (Het Vrije Volk 26-10-1954)

“Weer vliegende schotel boven Rotterdam?

Ongeveer op hetzelfde tijdstip als maandagavond, namelijk omstreeks half tien, is dinsdagavond te Rotterdam weer iets in het luchtruim waargenomen, dat een vliegende schotel zou kunnen zijn. Aldus zeggen enige bewoners van een flat aan het Mathenesserplein. Het verschijnsel heeft ongeveer een kwartier geduurd. Het bewoog zich tamelijk hoog in de lucht in zuidelijke richting. Er waren twee lichtende onderzijden aan, die, aldus de waarnemers, enig licht uitstraalden en gemakkelijk met het blote oog waren waar te nemen.” (De Tijd 27-10-1954)